Living the dream

Over dromen van dichtbij en het verlangen te verdwalen.

01-09-2011 // De telefoon is een slechte vervanging voor het voelen van iemands hand tegen je wang. Ook telefoon met beeld via de computer. Een digitaal gezicht in tranen, een hand die naar je reikt en als hij bijna bij je betraande wangen is het beeld vult en wegneemt. Weg, ver weg ben je – mijn persoon die als enige niet toevallig is, persoon die mij kan helen en breken, die nu tweedimensionaal zijn best doet de lege ruimte te vullen.

Het is nog vroeg. De rest van de wereld lijkt nog niet door te hebben dat de nieuwe dag weer begonnen is. Mijn lichaam voelt zwaar. Zittend op de stoel achter mijn computer, worstelend met woorden in een tekstverwerker, ze steeds weer van volgorde veranderend; zittend achter een piano, mijn vingers op de toetsen, niet in staat de klanken die door mijn hoofd dwarrelen te vangen. Melodiën mijmerend over dat mijn benen willen rennen, dat mijn hart wil pompen, mijn haren gewapperd willen worden door de wind, en de haartjes van mijn arm overeind willen staan door de schoonheid van een wereld in 3d.

Daar ben ik dan, living the dream… Wat zijn dromen eigenlijk? Vraag ik me af terwijl een bus me in vliegende vaart door dit inmense verwegland verplaatst. Zoiets als de nevels die je kunt zien in de koude ochtend lucht die nog zwaar is van de nacht. Strepen van verlangen die oplossen zodra de zon ze verlicht; verblindt door de realiteit van de dag.

Het lijkt hier precies op de dromen die thuis op de beeldbuis – toen ik die nog had – werden afgebeeld, verbaas ik me. Maar fietsend door vierkant verwegland mis ik de kronkelende knusheid van mijn thuis; mis ik te kunnen verdwalen. Al een maand probeer ik het, maar de geörganiseerdheid is niet te ontfietsen. Verdwaal me nou toch eens!

Het is een mooie dag. Even verderop zie ik een glanzende spiegeling boven de weg. Ik schakel op en zet aan in de richting van de glans in de verte.. //